De Stukkenjagers 5 – DSC 1

Het vijfde verkocht zijn huid duur tegen topper DSC Dongen. Behalve dan de teamleider, die boete doet door het verslag te schrijven en de persoonlijke impressies van eenieder te verzamelen. 

Het door César in zijn peptalk vooraf aangekondigde resultaat moest waarschijnlijk werken als een rode lap op een dolle stier. Voor de teamleider ging die vlieger niet op. Hij kon met het schaamrood op de kaken na een hopeloze Blitzkrieg slechts vanaf de zijlijn toezien hoe zijn teamgenoten wél in staat waren om gif in de stellingen te brengen. Na de twee volle punten in eerdere externe wedstrijden kon hij het wel opbrengen om een beetje trots te zijn op de behaalde bordpunten en het vertoonde spel van de andere spelers. Hulde voor hen, met name voor Thomas, Raimon en Jeffrey.  Het woord is aan de teamleden…

Thomas Tepe – Philippe Blankert  0,5-0,5

Zaterdag een prima pot gespeeld, mijn tegenstander had zijn tijd hard nodig om mij op de knieën te krijgen. Op het einde had ik nog door kunnen gaan voor een vol punt. Gezien het grote ratingoverwicht van Philippe en mijn grote talent om een goedogende stelling om zeep te helpen besloot ik genoegen te nemen met een halfje. Ik was er blij mee!

Leo van Gelder – Mark Maas  0-1 

In een Caro-Kann moest ik op de 23e zet kiezen tussen een rustige zet en een kwaliteitsoffer. Ik kon het deze keer niet laten en besloot tot een kwaliteitsoffer. Vervolgens offerde ik ook nog manmoedig een paard, maar dat bleek iets te veel van het goede. Zes zetten later moest ik helaas capituleren. Mijn opponent met een rating van bijna 1900 zei dat ‘geduld in deze partij een schone zaak was’. Hij opperde om eerst mijn torens te verdubbelen en c3 te spelen om mijn loper van b3 via veld c2 bij de aanval te betrekken. In ieder geval zou ik dan met meer druk op zijn koningsvleugel beter staan. Ik had deze zettenreeks ook voor ogen. Fritz13 deed het nog rustiger, met een zet op de damevleugel met groot voordeel. Had ik maar…

Raimon Bach – Ivo de Ligt  1-0

Mijn tegenstander speelde de Grand Prix Attack. Deze wist ik met Ph6 en Db6 aardig te weerleggen. Toen mijn tegenstander op zet 13 na cxd4 zelf ook terugsloeg met de c-pion gaf hij te veel ruimte weg op de damevleugel. Ik kon binnenkomen en de koning belandde uiteindelijk op g5, waarna mat in drie onvermijdelijk was. 

Ivar van der Heide – Pierre Mulders  0-1

In deze partij kreeg ik nooit echt een mooie positie. Met wat wanhoopszetten kon ik toch de nodige druk uitoefenen. Mijn vriendelijke tegenstander bleef echter extreem rustig. Hij bleef goed kijken en kon alles mooi in stand houden. Dat paste absoluut niet bij mijn plan. Ik kon dus ook niet veel anders dan nog meer wanhoop in de strijd gooien. Dat werd mij tenslotte fataal. Een leuke pot waarin ik geen potten kon breken. Op naar de volgende!

William Rötschke – Xander Mahieu  0-1

Als invaller speelde ik lang een evenwichtige partij. Een klein foutje bij de overgang van midden- naar eindspel deed mij de das om. Het eindspel van loper tegen toren was kansloos. Heel jammer, want deze partij had een remise of meer kunnen opleveren.

Jan Weijters – Maarten de Kloe  0-1

Vol vertrouwen was ik afgereisd naar Cinecitta om een positief resultaat neer te zetten. Al na de vijfde zet zat ik in een hopeloze positie verbijsterd achter het bord. Een loper voor een pion, een desastreus begin, dit was me nog nooit overkomen. Het ergste was nog het gevoel dat ik naar het team enorm te kort schoot. Eerst wilde ik meteen opgeven, maar ik vermande me, stuurde al mijn overgebleven stukken en pionnen naar voren en trachtte minimaal een halfje binnen te hengelen. Maar die hoop bleek ijdel, mijn tegenstander liet zich niet ringeloren. Ik heb me nog nooit zo verloren gevoeld als deze zaterdagmiddag. Wel heb ik kunnen genieten – als een boer met kiespijn dan – van de overige partijen.

Jeffrey van Huijgevoort – Thijs Kimenai  1-0

Zaterdagmiddag moest ik spelen tegen Thijs Kimenai en we speelden een Damegambiet waarbij ik ietwat twijfelachtig uit de openingsfase kwam. Mijn stukken stonden wat passiever dan die van Thijs, maar ergens halverwege de partij stond hij me toe om bijna alle stukken te ruilen behalve de koninginnen. Dit resulteerde in een dame-eindspel waarbij de pionnen nagenoeg symmetrisch verdeeld waren over het bord. Thijs probeerde door middel van schaakjes een pion te winnen, maar ik bleef geduldig en verbeterde daar waar mogelijk mijn positie langzaam.

Tijdens de laatste 10 zetten bood hij een dameruil aan die ik gretig accepteerde. Ik zag vrijwel meteen dat de overwinning mij (bij geconcentreerd spel) niet meer kon ontglippen. Thijs had drie pionneneilanden waarvan één een geïsoleerde pion; daartegenover stonden mijn twee pionnengroepjes. Ik kon hem in zugzwang brengen, waardoor hij zijn geïsoleerde pion los moest laten. Ik had de keuze om rechts pionnen te winnen of links een pion naar de overkant te begeleiden.

Roger Bougie – Ad Swinkels  0-1

Drie uur lang gebeurde er weinig op bord 8. Gesloten stelling, voorzichtig manoeuvreerwerk, stand volledig in evenwicht. Ik had drie minuten voor zet 40, een zee van tijd, maar gooide zonder na te denken een loper op de h-lijn. Daarmee haalde ik het cement uit mijn stelling en bood ik mijn tegenstander een simpele tactiek aan om de zege binnen te hengelen. Was het tijdsdruk, vermoeidheid, gebrek aan concentratie, verveling? Hoe dan ook, met het verlies van de loper geef ik de partij weg. Respect voor de wijze waarop tegenstander Ad zich vastbeet in de partij. Hij wilde winnen en hij wilde dat liever dan ik. Dat overkomt me niet nog eens, vertelt mijn gevoel me achteraf. 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.