Teamleider Jan van den Dries leidt de individuele verslagen van zijn teamgenoten in.
Alsnog loon naar werken: na zes nederlagen Рsommige dik en verdiend, maar andere nipt en wat ongelukkig Рwas er dan toch eindelijk een wedstrijdpunt voor ons weggelegd, waardoor we gelukkig op de valreep verlost zijn van die hatelijke nul! Een rondje langs de velden in chronologische volgorde. Toevallig waren de drie Jannen als eersten klaar…
Joshua Prevoo – Jan Bergsma 0,5-0,5
”Ik gaf al snel een stuk weg tegen mijn jeugdige tegenstander, maar was als eerste klaar en trots dat ik remise had gehouden. En terecht, want daar zag het lang niet naar uit. Wonderwel had ik op het eind het stuk teruggewonnen waardoor remise een logisch slot was.”
Luuk Braspenning – Jan Hes 1-0
Jan Hes maakte zijn debuut in de externe competitie. “Ik moest het opnemen tegen een middelbare scholier. Hij opende met een Damegambiet. Tot de 14e zet was het rustig, maar door toch een tikkeltje overmoed dacht ik me een stukoffer te kunnen permitteren om dreiging te creëren. Helaas had ik een ontsnapping over het hoofd gezien. Dan maar proberen de schade beperkt te houden. Maar Luuk speelde zijn voordeel zorgvuldig uit naar mat. Een les voor mij om voortaan voorzichtiger te spelen en minder overmoedig te zijn tegen een jonge tegenstander.”
Jan van den Dries – Xandar van Gentevoort 1-0
”Ik speelde zeer geconcentreerd voor mijn doen en had de stelling vanaf het begin behoorlijk onder controle. Maar mijn tegenstander gaf geen krimp. Uiteindelijk kon ik toch stiekem een pionnetje winnen en voor het eindspel begon nog eentje. Toen was het opletten, afruilen en rustig naar winst schuiven. Met paard en zes pionnen tegen paard en vier pionnen was dat toen niet zo’n probleem meer.”
Carlo Butalid – Theo Potjes 0-1
Dit was een kleine tegenvaller, want Carlo is meestal lang en zorgvuldig bezig. Hij omschreef het zelf zo: “Zwart beantwoordde mijn Pf3 met een Hollandse verdediging (1… f5), wat ik niet vaak tegenkom. Op de tiende zet werd ik geconfronteerd met dameruil die ik niet wilde, dus zette ik mijn paard voor de dame. Daarna kreeg ik een aantal penningen te verwerken waardoor mijn stukken feitelijk over elkaar heen struikelden en mijn toren vaststond op a1. Ik moest op zet 27 mijn andere toren geven voor een loper waardoor mijn situatie nog erger werd. Ik vocht door tot zet 47, maar kon niets anders meer dan opgeven!”
Patrick Peeters – Roger Bougie 0,5-0,5
“Na een feestje op vrijdagavond begon ik met weinig bloed in mijn alcohol aan de partij. Spelend met zwart probeerde ik de stelling in het begin vooral simpel te houden. Vanaf zet 15 trok de mist enigszins op en zag het er gelijkwaardig uit op het bord. In het eindspel met gelijke lopers zat er voor beiden niet meer in dan remise. Uit de analyse achteraf bleek dat mijn tegenstander rond zet 35 een moeilijk te vinden winstkans had overzien. Om verschillende redenen nam ik hem dat niet kwalijk.”
Christophe Verledens – Patrick Heijnen 1-0
‚ÄùIk had de eer en het genoegen te mogen invallen op het eerste bord. Er kwam een gelijkopgaande stelling op het bord, met nu eens een licht voordeeltje voor wit, dan weer een licht voordeeltje voor zwart. Van bij het begin had zwart echter de h- en g-pion opgespeeld, waardoor de zwarte koning het in dit vroege voorjaar toch wel wat frisjes kreeg. Toen een aantal lichte stukken afgeruild was, kon ik een toren posteren op de zevende rij, waardoor er allerlei dreigingen konden ontluiken… Plots kon een matdreiging slechts gepareerd worden door er ofwel een dame ofwel een toren tussen te plaatsen; in beide gevallen met torenverlies tot gevolg. Een blonde Leffe stond mij reeds uitnodigend op te wachten.‚Äù
Kimberley Oostvogels – Jeffrey van Huijgevoort 0-1
“Zaterdagmiddag mocht ik in Roosendaal plaatsnemen aan bord 2. Kimberley opende met een Damegambiet en na een periode van stukken schuifelen en afwachten drong het paard van mijn tegenstandster door in mijn stelling; ik gaf de kwaliteit en kreeg daar ook een extra pionnetje voor. Kort hierna bood zij een gelijkspel aan. Na wat wikken en wegen sloeg ik het aanbod af en speelde verder. De koninginnen kwamen van het bord en ik won nog een pion met mijn paard dat zich kort daarna nestelde in vijandelijk gebied om de doorgang voor twee torens te blokkeren. Vanaf dat punt vlogen de stukken van het bord: eerst de dames, daarna de lopers en vervolgens de toren van Kimberley voor mijn paard. Daardoor kreeg ik een toreneindspel met twee extra pionnen dat ik winnend wist af te sluiten.”
Bert Wels – Jesper Fidder 0-1
“Amai!!! Glad gewonnen stand weggegeven. Balen. Mijn torens verdubbeld, zijn paard buitenspel, zijn koning zeer kwetsbaar en wat doe ik? De verkeerde pionzet en hup: weg voordeel. Trossen los!! Start the engines!”