Het zevende behaalde een uitstekend resultaat bij favoriet WLC 3. Er leek zelfs meer in te zitten dan de uiteindelijke 5-3 nederlaag. TL Wil Wouts bericht:
“De teamleider werd gecomplimenteerd door de TL van WLC 3. Hij zei verrast en verbaasd te zijn door ons spel. C√©sar had vrijdag op de druk bezochte inloopschaakmiddag voorspeld dat we blij mochten zijn met 1,5 punt. Deze verwachting overtroffen we dus met 100% en dat tegen het sterkste team uit onze klasse. Als je die redenering doortrekt staan ons nog mooie uitslagen te wachten.
Tegen de spelers met ongeveer 200 ratingpunten meer stonden we na die partijen voor met 2,5-0,5. Ivar van der Heide (1402) had een fraaie en snelle remise tegen Aard Daanen (1640). Daarna had Wil Wouts (1202) een fraai punt tegen Ren√© Vink (1527). Dat was al bijzonder, maar meer nog omdat Wil eerst schaak gaf en daarna mat dacht te geven… dat dacht zijn tegenstander ook. Hij feliciteerde Wil met de overwinning, maar bij nadere beschouwing bleek hij nog een escape te hebben met daarna een betere stelling! Je kunt dan zeggen dat die Wouts geluk heeft gehad, maar je kunt ook zeggen dat de stelling zo verassend en ingewikkeld was dat de tegenstander het niet overzag. Ik ga voor de laatste uitleg. 1,5-0,5, maar de grootste triomf moest nog komen; die van Ren√© Davidse (1004) tegen Martie van de Sanden (1648). Ren√© speelde vanaf zet √©√©n zeer geconcentreerd (zouden meer mensen moeten doen) en toen de tegenstander een paardvork overzag was de overwinning meer dan verdiend.
Thomas Tepe (1575) had een langdurige, maar uiteindelijk verliezende partij tegen Leo van IJzendoorn (1701), absoluut geen schande. Leo van Gelder ( 1530) moest het loodje leggen tegen Tobias Jacobs (1740). Bjoern Hofmans (1254) werd langzaam gewurgd en uiteindelijk met een paardvork door Ralph Eijkenboom (1433) gevloerd. Ad Haans (1158) hield het lang, zeer lang vol tegen Maiko van Daalen (1201), maar ging uiteindelijk door de knie√´n. Toen was Hans van Driel (1087) nog bezig met een kwaliteit voor tegen Wim Lucassen (1519). Hij stond voor en zijn verstand zei ‘Toren naar d4’ ,maar zijn hand deed e4 en toen trapte hij in een dubbele aanval van de loper. Het kostte hem zijn kwaliteit en de stelling was opeens totaal gelijk… derhalve remise.
Alles bij elkaar waren we dik, dik tevreden en gingen in opperbeste stemming huiswaarts.”
De uitslagen en stand in 6C vind je hier.
