Het vierde kwam voor de tweede achtereenvolgende keer niet tot winst. Pieter Priems doet verslag, met behulp van de aangeleverde karakteristieken.
KiNG kon wegens ziekte maar zeven spelers opstellen, een gratis punt voor Sjo Smeets. Gelukkig wisten we dit vooraf, zodat Sjo niet voor niets op hoefde te draven.
Ratingoverwicht, gratis punt en een uitwedstrijd thuis. Niets leek ons tegen te houden. Zeker nadat Kien, Nies en Lex al snel op voordeel kwamen.
Kien (8,z) kwam als eerste met het punt. ‘Tegen Frank Vennix probeerde ik het Colorado-gambiet, dat werd geweigerd. Ik kreeg snel ontwikkelingsvoorsprong en dat leidde op zet 11 geforceerd tot stukwinst op zet 15. Door dreigingen tegen de dame en/of de koning móést Frank een kwaliteit geven en toen op zet 26 dameruil niet te vermijden was gaf hij op.’
Bij Nies (5, wit) kwam weer eens een Drakenvariant van het Siciliaans op het bord. ‘Altijd spannend en meestal scherp vanwege de verschillende rochades. Na een aantal onnauwkeurige en te langzame aanvalszetten van zwart kon wit de h-lijn openen. Das meestal slecht nieuws voor zwart. Hier ook. In een gecombineerde aanval met paard en loper ging zwart ten onder en gaf hij na 22 zetten op. Volgens Stockfish had zwart zich beter kunnen verdedigen. Daar staat tegenover dat wit sterker had kunnen aanvallen. Maar ja, echte mensen doen meestal niet de perfecte computerzetten. Gelukkig maar!’
Bij Lex (6,z) werd de fantasy-variation van de Caro-Kann een waarachtig spektakel. Lex komt op zet 4 op onbekend terrein, ingeleid door een onjuiste zet van witspeler Bart van den Berg. Bart staat al snel een pion en een stuk achter, zwart heeft alleen een ontwikkelde dame, ver weg op h2. Wat ongelukkig spel van wit is, kan bijna een briljante offervariant genoemd worden. Lex weet na tweeënhalf uur verdedigen de aanval over te nemen. Op een extreem dun lijntje, de waardering gaat van +8 voor zwart naar +2 voor wit, om een zet later weer -definitief- naar +5 voor zwart te gaan. De vis werd vervolgens op het droge getrokken!😇
Het begon dus mooi, al moet gezegd worden dat de wisselingen bij Lex het inschatten van de eindstand er niet makkelijker op maakten! Het zag er kansrijk uit, maar toen kwamen de vier magere jaren.
Hans (4,z) beschrijft zijn partij als volgt: ‘Tegen de bij Stukkenjagers niet onbekende Thomas Kaufmann kwam ik plezierig uit de opening. De Rossolimo-varaint van het Siciliaans gaf mij weliswaar een dubbelpion, maar ook vooruitzichten op tegenspel op de witte velden en via de open b-lijn. Op een gegeven moment stonden er nog vijf stukken op de diagonaal h1-a8 met de witte koning op h1 en een loper op b7, maar na de oplossing van het centrum kon ik vanwege een matdreiging (Dxh3, met een pion op g2 en een toren op g1) een stuk verschalken. Eind goed al goed? Neen, op zet 35, in lichte maar niet noemenswaardige tijdnood, gaf ik pardoes een volle toren weg. Lang geleden dat dat gebeurde, ik blijf bij mijn motto: de belangrijkste emotie van de schaker is de zelfhaat.’
Patricia (3,w) vertelt: ‘Ik gaf vroeg in de wedstrijd een kwaliteit weg en de enige hoop die ik had was dat mijn tegenstander best lang nadacht. Waarschijnlijk over allerlei ingewikkelde dingen die ik niet zag. Het werd een roemloos verlies.’
Pieter (2,z) probeerde een nieuwe variant van het Konings-Indisch uit. Zijn Kroatische tegenstander Janko Huic reageerde heel degelijk. De stelling was in evenwicht, maar zwart zag een subtiel wit plan over het hoofd en kwam slecht te staan. Toen Pieter ook nog de beste zet miste, maakte Janko het foutloos af.
Ron de Veen (1,w) was als laatste over: ‘Ik speelde met wit tegen Frank Lambregts en kwam via een combinatie een pion voor. Om mijn voorsprong te behouden moest ik mijn loper tegen zijn paard ruilen. Mijn tegenstander had toen wel het loperpaar tegen mijn paardenpaar met ieder nog twee torens. Even later kwam ik een tweede pion voor, weliswaar was dat een dubbelpion, maar het zag er gunstig voor mij uit. Ik had wel veel meer tijd verbruikt en moest sneller spelen, ik had nog maar 10 minuten voor 15 zetten en mijn tegenstander circa een uur voor de eerste tijdcontrole. Ik had mijns inziens een stelling die ik niet meer kon verliezen. Ik wilde echter via een kwaliteitsoffer een mooie overwinning behalen, maar mijn tegenstander nam dat offer niet aan en verbeterde de positie van zijn stukken. Tussen zet 30 en 40 kwamen van beiden diverse stukken in te staan. Uiteindelijk stond ik een stuk achter, maar leek dat terug te winnen. Frank speelde echter nauwkeurig en behield zijn stuk voorsprong, maar had sterk zijn twijfels of dat te winnen viel. Nadat hij zorgvuldig over een plan had nagedacht moest ik gaan verdedigen en na lange tijd weerstand geboden te hebben kwam ik verloren te staan en gaf op zet 78 op. We hebben wel een spectaculaire partij gespeeld; voor de toeschouwers was het ook lang spannend hoe het zou aflopen.’
Helaas werd het daardoor wel 4-4, maar soms zit het in het team of individueel niet mee.
De uitslag was voldoende om eerste te blijven in klasse 4G! Op naar de tweede helft in 2024. Al is er wel wat psychologisch herstelwerk te doen voor de bovenste borden!
Rating
|
Rating
|
|||||
---|---|---|---|---|---|---|
Lambregts, F.J.J. (Frank) | 1933 | Veen de, R.A. (Ron) | 1861 | 1 – 0 | ||
Huic, J. (Janko) | 1967 | Priems, P.J.J.M. (Pieter) | 1770 | 1 – 0 | ||
Gerritse, Y.A.J. (Youri) | 1973 | Wit de, P.M.J. (Patricia) | 1987 | 1 – 0 | ||
Kaufmann, T.F.C. (Thomas) | 1849 | Iersel van, J.A.M. (Hans) | 1862 | 1 – 0 | ||
Haast, R. (Rob) | 1815 | Rijnders, D.J.N.M. (Nies) | 1836 | 0 – 1 | ||
Berg van den, B. (Bart) | 1636 | Karstens, A. (Lex) | 1802 | 0 – 1 | ||
NO | 0 | Smeets, M.E.J. (Sjo) | 1859 | 0R – 1R | ||
Vennix, F.A. (Frank) | 1459 | Lie-Kwie, K. (Kienfong) | 1806 | 0 – 1 | ||
Gemiddelde Rating: | 1805 | Gemiddelde Rating: | 1848 | 4-4 |